Zoekresultaat 151 - 160 van 161 resultaten

  • Leerlingenvervoer aanvragen

     

    Leerlingenvervoer wordt onder voorwaarden toegekend naar de dichtstbijzijnde toegankelijke school.. Kiest u een school die verder weg ligt, terwijl hetzelfde type onderwijs (of dezelfde richting van het onderwijs) dichterbij ook mogelijk is, dan komt u mogelijk niet in aanmerking voor leerlingenvervoer.

     Er zijn vier vormen van leerlingenvervoer. Wanneer aan de voorwaarden wordt voldaan, wordt de vorm van het leerlingenvervoer bepaald op basis van de mogelijkheden van de leerling. Eventueel kan een medische keuring door een onafhankelijke keuringsarts nodig zijn.

    1. Fietsvergoeding
      Leerlingen die zelfstandig of onder begeleiding kunnen fietsen, krijgen een vergoeding van € 0,09 per kilometer. Als tijdens het fietsen (tijdelijke) begeleiding nodig is, kennen we voor de begeleiding een vergoeding toe van € 0,09 per kilometer.
    2. Openbaar vervoer
      Leerlingen die - met of zonder (tijdelijke) begeleiding - kunnen reizen met het openbaar vervoer, krijgen een vergoeding op basis van het OV-tarief voor de afstand van het woonadres naar de school. Als hierbij (tijdelijke) begeleiding nodig is, ontvangt de begeleider ook een OV vergoeding .
    3. Eigen vervoer
      Ouders/verzorgers van leerlingen die in aanmerking komen voor aangepast of openbaar vervoer, kunnen aangeven of ze de leerling zelf met de fiets of de auto naar school willen brengen. De vergoeding is dan een bedrag op basis van openbaar vervoer of een kilometervergoeding voor de fiets of auto: 
    • 0 - 5000 = €0,24
    • 5001 - 10000 = €0,18
    • 10001 - 20000 = €0,14
    1. Aangepast vervoer (taxibus)
      Bij aangepast vervoer wordt de leerling in een taxi(busje) vanaf het verblijfsadres naar school gebracht. Uitgangspunt is dat het vervoer wordt gecombineerd met andere leerlingen. Leerlingen kunnen een beroep op aangepast vervoer (taxibus) doen wanneer:
    • zij door een structurele lichamelijke, verstandelijke, zintuigelijke of psychische handicap niet in staat zijn (ook niet onder begeleiding) om (of ander eigen vervoersmiddel) of te reizen met het openbaar vervoer;
    • de reistijd met het openbaar vervoer langer is dan 1,5 uur en de reistijd per taxi (aangepast vervoer) tot de helft korter wordt;
    • er geen openbaar vervoer mogelijk is naar de school.

     

     

     

     

  • Gokautomaat plaatsen

    Als u een kansspelautomaat, bijvoorbeeld een fruitautomaat, wilt plaatsen, moet u een vergunning aanvragen. Deze vergunning heet een aanwezigheidsvergunning.
    Voor een behendigheidsautomaat, bijvoorbeeld een flipperkast, is geen vergunning nodig.

    De gemeente maakt een verschil tussen 'hoogdrempelige' en 'laagdrempelige’ inrichtingen.

    • Hoogdrempelige inrichtingen zijn bijvoorbeeld cafés, bars en nachtclubs. Deze bedrijven mogen 2 speelautomaten hebben, zowel kansspel- als  behendigheidsautomaten.
    • Laagdrempelige inrichtingen zijn bijvoorbeeld snackbars en kantines. Deze bedrijven mogen 2 behendigheidsautomaten hebben (dus geen kansspelautomaten).

    De aanwezigheidsvergunning wordt voor 3 jaar verleend.

  • Afvalwater lozen

    Afvalwater is water dat u kwijt wilt. U kunt afvalwater lozen in de bodem, het oppervlaktewater of het riool. U moet zich daarbij houden aan de regels. Er zijn algemene regels. U mag bijvoorbeeld geen olie wegspoelen. Lees meer over de algemene regels op de website van InfoMil.

    Er zijn specifieke regels voor:

    • Afvalwater uit een particulier huishouden. Bijvoorbeeld toiletwater of ander huishoudelijk afvalwater.
    • Afvalwater uit een bedrijfslocatie. Bijvoorbeeld afvalwater van een industrieel bedrijf, agrarisch bedrijf, restaurant, garage, laboratorium etc.
    • Afvalwater van een tijdelijke bedrijfsmatige activiteit in de openbare ruimte (bijv. bouwen).
    • Afvalwater van  een vaartuig.
    • Afvalwater van reinigingswerkzaamheden zoals schoonmaken voertuigen, vaartuigen, dierverblijven, buitenmuren etc.

  • Levenloos geboren kind aangeven.

    Als uw kind levenloos geboren is na een zwangerschap van 24 weken of meer, moet u aangifte doen bij de gemeente. Bij een zwangerschap korter dan 24 weken mag u aangifte doen. Dit doet u bij de gemeente waar uw kind geboren is.

    De gemeente maakt een akte van geboorte (levenloos) op. Dit is een officieel bewijs dat uw kind ter wereld is gekomen. De akte van geboorte (levenloos) wordt ingeschreven in het overlijdensregister van de burgerlijke stand en niet in het geboorteregister.

    Is uw kind kort na de geboorte overleden? Dan doet u de geboorteaangifte in de gemeente waar uw kind is geboren. U krijgt een geboorteakte. Als uw kind in dezelfde gemeente is geboren en overleden, doet u daar ook aangifte van overlijden. Is uw kind in een andere gemeente overleden? Dan doet u in die gemeente aangifte van overlijden.

    Is het al langer geleden dat uw kind levenloos is geboren of kort geleefd heeft? Het maakt niet uit hoelang geleden het is gebeurd. U kunt alsnog aangifte doen in de gemeente waar uw kind is geboren. Is er wel al een akte van uw kind, maar staat daar geen voornaam in? De gemeente kan een naam op de akte vermelden.

    U kunt uw kind ook inschrijven in de basisregistratie personen (BRP). U registreert uw kind in de gemeente waar u woont. Uw kind wordt dan bij uw naam in de BRP gezet. Beide ouders kunnen dit doen. De registratie gebeurt niet automatisch als u aangifte doet.

  • Petitie indienen

    Met een petitie laat u de gemeente weten dat er een probleem is. Of dat u het ergens niet mee eens bent. Iedereen mag een petitie indienen.

    U verzamelt handtekeningen van mensen die het met u eens zijn. Zo laat u zien hoeveel mensen dit belangrijk vinden. U heeft geen minimum aantal handtekeningen nodig voordat u de petitie indient.

    Via de website Petities.nl kunt u online een petitie starten.

  • Vakantie doorgeven bij bijstandsuitkering

    Als u een uitkering heeft, mag u maximaal 4 weken per jaar naar het buitenland. Bijvoorbeeld voor vakantie, familiebezoek of een begrafenis. U kunt de dagen in 1 keer opnemen of verspreiden. Tijdens uw verblijf in het buitenland wordt de bijstand doorbetaald.

     

  • Koninklijke onderscheiding (lintje) aanvragen

    Uitreiking lintjes

    De uitreiking van de Lintjesregen is eind april van ieder jaar. Een voorstel dient uiterlijk 15 juni van het voorafgaande jaar ingestuurd te worden. Voor een tussentijdse gelegenheid geldt een doorlooptijd van 6 maanden.

  • Uitkering voor oudere en arbeidsongeschikte werklozen

    De IOAW-uitkering vult uw inkomen aan als u 50 jaar of ouder was toen u werkloos werd. Hoe hoog uw IOAW-uitkering wordt, hangt af van:

    • uw inkomen
    • het inkomen van uw partner

    Lees hier meer over de hoogte van uw IOAW-uitkering. De IOAW-uitkering wordt aan het eind van elke maand uitbetaald.

  • Verslag energie-audit indienen

    Een energie-audit is een onderzoek naar het energieverbruik van uw bedrijf. Bijvoorbeeld hoeveel energie uw gebouwen verbruiken. Ook bekijkt u hoe u energie kunt besparen en welke maatregelen u daarvoor moet nemen. Als u verplicht bent om een energie-audit uit te voeren, dan moet u dit ten minste elke 4 jaar doen.

  • Ongewoon voorval melden

    Er kunnen ongewone voorvallen in uw bedrijf gebeuren. Dit zijn incidenten waarbij milieuschade ontstaat of dreigt te ontstaan. Bijvoorbeeld branden, explosies, ongevallen of storingen.

    U neemt meteen maatregelen om de milieugevolgen te voorkomen of zoveel mogelijk te beperken. Ook kijkt u hoe u herhaling kunt voorkomen

    Door het voorval te melden kan de omgevingsdienst:

    • de mogelijke gevolgen voor de omgeving snel in kaart brengen en beperken
    • beter inzicht krijgen in de processen en installaties binnen bedrijven