Zoekresultaat 1 - 2 van 2 resultaten

  • Omgevingsvergunning water

    Voert u een activiteit uit zoals lozen of pompen in oppervlaktewater of met grondwater en heeft de activiteit weinig gevolgen voor de waterkwaliteit? Dan is het vaak voldoende om hiervan een melding te doen. Zijn de gevolgen groter? Dan heeft u een omgevingsvergunning water nodig. Dit noemen we ook wel een omgevingsvergunning wateractiviteit. Het gaat dan om het onttrekken van grotere hoeveelheden water aan de grond of het lozen van grondwater, oppervlaktewater of regenwater (hemelwater). Voorbeelden van activiteiten waarvoor een omgevingsvergunning water nodig is, zijn:

    • het lozen of storten van stoffen op het oppervlaktewater (bijvoorbeeld een sloot of rivier)
    • het onttrekken van grote hoeveelheden grondwater voor industrieel gebruik
    • werkzaamheden bij een waterstaatswerk (bijvoorbeeld een snelweg, viaduct, tunnel, brug, vaarweg, of dijk)

  • Milieuverslag bedrijven opstellen

    Voert uw industriële bedrijf activiteiten uit die slecht zijn voor het milieu op het gebied van afval, energie- en watergebruik? Dan moet u elk jaar een milieuverslag opstellen over uw bedrijf. Dit heet het integraal PRTR-verslag. PRTR is de afkorting van Pollutant Release and Transfer Register (Register van uitstootgegevens en overbrenging van verontreinigende stoffen). U moet bijvoorbeeld opschrijven hoeveel stoffen er vrijkomen die de lucht, het water en de bodem vervuilen.

    Komt er te veel vrij van 1 of meer stoffen op de stoffenlijst (zoals methaan, koolmonoxide of kooldioxide)? Dan moet u dit laten weten aan de instantie die aan u de omgevingsvergunning heeft gegeven. Als u meer uitstoot van een stof dan de hoeveelheid in Bijlage II van de PRTR-verordening, moet u een verslag maken voor die stof.

    U verstuurt het verslag via het elektronisch milieujaarverslag (e-MJV). Het komt bij de juiste instantie terecht, bijvoorbeeld de provincie. Die instantie stuurt de gegevens daarna ook naar de minister van Infrastructuur en Waterstaat.

    Of u een jaarrapportage moet indienen, wordt bepaald door de activiteiten die u uitvoert. In  de E-PRTR-verordening zijn lijsten opgenomen met activiteiten die rapportageplichtig zijn.

    Ook is het van belang welke hoeveelheid stoffen u heeft geëmitteerd naar bodem, lucht en/of water en welke hoeveelheid afvalstoffen u in het rapportagejaar heeft uitgevoerd. Als de hoeveelheid van een stof die u emitteert boven de vastgestelde drempelwaarden uitkomt, dient u deze te rapporteren. U dient de rapportage te overleggen aan het orgaan dat uw vergunning verleent. Meestal is dat de provincie.