Zoekresultaat 1 - 10 van 486 resultaten

  • Milieuverslag bedrijven opstellen

    Voert uw industriële bedrijf activiteiten uit die slecht zijn voor het milieu op het gebied van afval, energie- en watergebruik? Dan moet u elk jaar een milieuverslag opstellen over uw bedrijf. Dit heet het integraal PRTR-verslag. PRTR is de afkorting van Pollutant Release and Transfer Register (Register van uitstootgegevens en overbrenging van verontreinigende stoffen). U moet bijvoorbeeld opschrijven hoeveel stoffen er vrijkomen die de lucht, het water en de bodem vervuilen.

    Komt er te veel vrij van 1 of meer stoffen op de stoffenlijst (zoals methaan, koolmonoxide of kooldioxide)? Dan moet u dit laten weten aan de instantie die aan u de omgevingsvergunning heeft gegeven. Als u meer uitstoot van een stof dan de hoeveelheid in Bijlage II van de PRTR-verordening, moet u een verslag maken voor die stof.

    U verstuurt het verslag via het elektronisch milieujaarverslag (e-MJV). Het komt bij de juiste instantie terecht, bijvoorbeeld de provincie. Die instantie stuurt de gegevens daarna ook naar de minister van Infrastructuur en Waterstaat.

    Of u een jaarrapportage moet indienen, wordt bepaald door de activiteiten die u uitvoert. In  de E-PRTR-verordening zijn lijsten opgenomen met activiteiten die rapportageplichtig zijn.

    Ook is het van belang welke hoeveelheid stoffen u heeft geëmitteerd naar bodem, lucht en/of water en welke hoeveelheid afvalstoffen u in het rapportagejaar heeft uitgevoerd. Als de hoeveelheid van een stof die u emitteert boven de vastgestelde drempelwaarden uitkomt, dient u deze te rapporteren. U dient de rapportage te overleggen aan het orgaan dat uw vergunning verleent. Meestal is dat de provincie.

  • Vuurwerk opslaan en verkopen

    U mag geen vuurwerk opslaan zonder toestemming. Als u een complex bedrijf heeft, dan vraagt u toestemming aan bij de provincie. Lees meer over complexe bedrijven. Anders vraagt u toestemming aan de gemeente.

  • Zienswijze op afstoten cultuurgoed of verzameling

    Soms wil de provincie cultuurgoed afstoten. Bijvoorbeeld door het te verkopen. Denk aan een schilderij uit de 17e eeuw, een archeologische vondst of een verzameling antieke munten. Bent u het hier niet mee eens? Dien dan uw zienswijze in bij de provincie.

  • Geluidbelastingkaart inzien

    Als u dicht bij een drukke provinciale weg of spoorweg woont, kunt u geluidsoverlast hebben van het weg- of spoorverkeer. Ook een school of ziekenhuis aan een (spoor)weg kan last hebben van het geluid. De provincie maakt elke 5 jaar een geluidbelastingkaart om u een overzicht te geven van de geluidsbronnen. Een geluidbelastingkaart bestaat uit tabellen en een geografische kaart. Iedereen mag de geluidbelastingkaart bekijken. Op de geluidbelastingkaart staat: de geluidbelasting van de (spoor)wegen in het jaar voor de vaststelling van de geluidbelastingkaart het aantal geluidsgevoelige objecten en bewoners dat te maken heeft met bepaalde geluidswaarden. Voorbeelden van geluidsgevoelige objecten zijn woningen, scholen en ziekenhuizen.

  • Ontheffing voor bijzonder transport over een provinciale weg aanvragen

    Er gelden regels voor het vervoer van goederen over de weg. Daarin staat hoe hoog, lang, breed en zwaar de lading mag zijn die u vervoert. Wilt u grotere of zwaardere goederen vervoeren? Dan heeft u een ontheffing voor exceptioneel transport nodig. Er zijn verschillende soorten ontheffingen:

    • incidentele ontheffing
    • jaarontheffing
    • LZV-ontheffing
    • landbouwontheffing

  • Vergunning voor Natura 2000-gebied aanvragen

    Zonder vergunning mag u geen activiteiten uitvoeren die effect kunnen hebben op de kwaliteit van een Natura 2000-gebied. Dit geldt dus ook voor het beschadigen, verslechteren of verstoren van de leefgebieden van plant- en diersoorten in het gebied.

    In een aantal gevallen hoeft u geen vergunning aan te vragen. Er is geen vergunningsplicht voor bijvoorbeeld:

    • visserijactiviteiten
    • de stikstofuitstoot als gevolg van activiteiten tijdens de bouwfase van een bouwwerk
    • activiteiten die onderdeel zijn van het beheerplan van een Natura 2000-gebied
    • activiteiten die onderdeel zijn van een programma met het doel om:
      • schade aan een Natura 2000-gebied te verminderen
      • wilde dieren en wilde planten te beschermen en hun leefgebied te verbeteren

    Het is dan wel belangrijk dat de impact op een Natura 2000-gebied zo klein mogelijk blijft. Is er toch een grote impact, dan moet u wel een vergunning aanvragen.

    Heeft uw activiteit impact op een Natura 2000-gebied, maar zijn er verder geen andere gevolgen voor de omgeving, dan vraagt u bij de provincie een omgevingsvergunning aan voor een 'Natura 2000-activiteit'.

    Beïnvloedt uw activiteit ook op andere manieren de omgeving? Dan vraagt u meestal een vergunning aan bij de gemeente. U kunt dan bijvoorbeeld denken aan bouwen in de buurt van een Natura 2000-gebied. De gemeente vraagt dan een verklaring van geen bedenkingen (vvgb) bij de provincie aan voor het deel van uw vergunning dat gaat over de invloed op een Natura 2000-gebied.

  • Overschrijding emissiegrenswaarde VOS

    Als uw bedrijf of inrichting bedrijfsactiviteiten verricht die nadelige gevolgen hebben voor het milieu, dan krijgt u te maken met de Wet milieubeheer. Uw bedrijf of inrichting moet vergunning hebben als er te veel vluchtige organische stoffen (VOS) of oplosmiddelen vrijkomen. De maximaal toegestane hoeveelheden staan in het Oplosmiddelenbesluit. Voorbeelden van bedrijfsactiviteiten zijn: chemisch reinigen; fabricage van schoeisel; lamineren van hout en kunststof; vervaardiging van geneesmiddelen; coating van hout; en bewerking van rubber. Komen er meer oplosmiddelen vrij dan afgesproken? U moet dit melden bij de gemeente. Enkele grote bedrijven moeten dit melden bij de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied. Dit is afhankelijk van de omvang van de energiestromen en de verontreiniging.  

  • Aanvragen ontheffing omgevingsverordening door gemeente

    Wilt u als gemeente ruimtelijke activiteiten uitvoeren? Bijvoorbeeld een woonwijk bouwen, een viaduct aanpassen of een boerenbedrijf verplaatsen? Soms mag dit niet volgens de omgevingsverordening van de provincie. In deze verordening staan algemene regels over het grondgebied van de provincie. Deze regels gaan bijvoorbeeld over de ontwikkeling van bedrijfsterreinen, recreatieve voorzieningen en de doorstroming van het verkeer. De gemeente kan pas beginnen met de activiteiten als zij hiervoor een ontheffing van de provincie heeft. De aanvraag voor een ontheffing is onderdeel van het overleg als de gemeente een omgevingsplan voorbereidt. Aan de ontheffing kan de provincie voorschriften verbinden. Deze voorschriften moet de gemeente opnemen in het omgevingsplan.

  • Opruiming drugsafval Groningen 2020

    In natuur- en agrarische gebieden, maar ook in de kom van dorpen en steden, wordt regelmatig afval gedumpt dat bij de productie van synthetische drugs overblijft. Gedupeerden die kosten hebben gemaakt voor het opruimen van drugsafval kunnen hiervoor compensatie aanvragen.

  • Werkzaamheden in, om of aan provinciale vaarweg

    De provincie heeft vaarwegen in eigen beheer. Als u aan, in of over 1 van deze vaarwegen werk wilt doen, dan moet u hiervoor een omgevingsvergunning aanvragen. Bijvoorbeeld wanneer u een viaduct, brug, kabel of leiding wilt aanleggen, de waterweg wilt veranderen of ver(on)diepen, een (tijdelijke) loswal of een fietspontje wilt aanleggen, een woonschip, woonark, vaartuig of boatsaver wilt afmeren, verbouwen of vervangen, of een aanlegsteiger, insteekhaven of tuinhuisje wilt bouwen. Maar ook voor het organiseren van een evenement op, langs of over een vaarweg. Op deze manier wordt de instandhouding, bruikbaarheid en veiligheid van de vaarwegen en het vlotte verloop voor het scheepvaartverkeer beschermd.

    Of u de toestemming moet aanvragen bij de provincie, kunt u bekijken via de vergunningenchecker in het Omgevingsloket.

    Bij werk kunt u denken aan het aanleggen van bijvoorbeeld steigers, kademuren, loopplanken en insteekhavens. De regels beschermen de vaarweg en zorgen ervoor dat die op een goede manier wordt gebruikt.