Resultaten 151 - 156 van 156 resultaten

  • Eenvoudige bodemverontreinigingen melden

    Tot 1 januari 2024 waren de Provincie Noord-Brabant en de gemeenten Breda, Eindhoven, Helmond, Tilburg en ’s-Hertogenbosch bevoegd gezag Wet bodembescherming. Met de komst van de Omgevingswet vervalt de Wet bodembescherming en zijn de individuele gemeenten het bevoegd gezag over de verontreinigingen in de vaste bodem. Uitzondering hierop zijn de locaties die onder het Overgangsrecht Wet bodembescherming Omgevingswet vallen (zie Notitie overgangsrecht Wet bodembescherming Omgevingswet).

    Onder de Omgevingswet worden bestaande bodemverontreinigingen aangepakt bij ontwikkelingen. De voorgenomen activiteit of gebiedsopgave staat dan voorop, in plaats van de verontreiniging. Het verrichten van de melding en het aanleveren van gegevens en bescheiden voorafgaand aan of na afloop van de activiteit, vindt plaats via het Omgevingsloket.

    Als een bodemsanering wordt uitgevoerd op een locatie die onder het overgangsrecht Wet bodembescherming Omgevingswet valt dan blijft het oude recht gelden. Betreft het bodemsanering in de gemeente Breda, Eindhoven, Helmond, Tilburg of ’s-Hertogenbosch dan moet u deze melden bij de betreffende gemeente. Voor verontreinigingen elders in Brabant is de provincie het bevoegd gezag. De uitvoering gebeurt door de omgevingsdienst. 

    Een eenvoudige bodemsanering meldt u met een BUS-melding. BUS is de afkorting van Besluit uniforme saneringen. Deze saneringen vinden op een standaardmanier plaats. U gebruikt hiervoor een eenvoudig meldingsformulier. Zo kunt u de bodemsanering sneller en goedkoper uitvoeren. Voorbeelden van eenvoudige bodemsaneringen zijn:

    • Aanleggen of vernieuwen van kabels, leidingen en rioleringen in verontreinigde grond.
    • Verwijdering van mobiele verontreinigingen door huisbrandolietanks.

    Er zijn 3 eenvoudige saneringen. Het soort sanering hangt af van de verontreinigingssituatie in de bodem. De soorten zijn:

    • Immobiel: de verontreinigende stoffen in de bodem hebben zich niet of nauwelijks verspreid naar het grondwater.
    • Mobiel: de stoffen in de bodem zijn boven de toegestane waarde en hebben zich verspreid naar het grondwater.
    • Tijdelijk uitplaatsen: er is een immobiele verontreiniging die bij de uitvoering van werkzaamheden tijdelijk verwijderd moet worden (zoals bij de aanleg van ondergrondse infrastructuur, leidingen en kabels).

  • Bos kappen

    Het omhakken of rooien van bossen of bomenrijen mag niet zomaar. Dit geldt voor een groep bomen of struiken, buiten de bebouwde kom van gemeenten, die:

    • een oppervlakte heeft van minimaal 1000 m2 of
    • bestaat uit 1 of meer rijen van minimaal 21 bomen, gerekend over het totaal aantal rijen

    Dit moet u vooraf bij de provincie melden. U doet dan een melding 'Kappen van houtopstanden (buiten de bebouwde kom)'.

    De provincie kan u verbieden te kappen als dat nodig is voor de bescherming van bijzondere natuurkundige of landschappelijke waarden. Een kapverbod geldt in principe voor 5 jaar, maar als de provincie dat nodig vindt, dan kan de provincie het kapverbod verlengen.

    Mag u wel kappen, dan moet u zorgen dat op dezelfde plek weer bos of een bomenrij komt.

    Als u de bomen permanent wilt verwijderen, moet u eerst een omgevingsvergunning aanvragen. Het aanvragen van deze vergunning en het indienen van een kapmelding moet u apart van elkaar doen.

    In de volgende situaties hoeft u het kappen van bomen niet bij de provincie te melden:

    • binnen de bebouwde kom (u moet dan meestal wel toestemming krijgen van de gemeente)
    • op erven en in tuinen
    • fruitbomen en windschermen langs boomgaarden
    • kweekgoed
    • uit populieren of wilgen bestaande beplantingen langs (water)wegen (alleen als deze niet geknot zijn);
    • uit populieren of wilgen bestaande beplantingen in 1 rij langs landbouwgronden (alleen als deze niet geknot zijn)
    • naaldbomen, bedoeld als kerstbomen, als deze niet ouder zijn dan 20 jaar
    • het dunnen van een houtopstand
    • als het kappen nodig is voor het aanleggen of onderhouden van brandgangen
    • als het kappen nodig is om de doelen van de Vogelrichtlijn te halen
    • als het kappen nodig is om de natuurwaarde van een Natura 2000-gebied te behouden
    • als het kappen nodig is voor:
      • het uitvoeren van een verkeersproject dat voor het hele land belangrijk is (bijvoorbeeld autosnelweg verbreden, Schiphol uitbreiden)
      • boren naar delfstoffen dieper dan 100 meter onder de oppervlakte
      • boren dieper dan 500 meter voor het winnen van aardwarmte
      • militaire activiteiten
      • een vlucht met opsporings- en reddingshelikopters buiten de reguliere routes
      • grensbewaking

  • Mededeling Stoppende veehouderij

    In artikel 3.101 van de Omgevingsverordening (OV) is een uitzonderingsregeling voor stoppende veehouderijen opgenomen. Veehouderijen, die uiterlijk per 1 januari 2028 stoppen hoeven hun verouderde stalsystemen niet aan te passen per 1 juli 2024 dan wel 1 januari 2026 voor melkrundveehouders en kalverenhouders. Voorwaarde is dat de veehouderij door minder dieren te houden een gelijkwaardige ammoniakreductie behalen. Als u hiervan gebruik wilt maken, moet u hiervan een mededeling doen aan Gedeputeerde Staten met een e-formulier.

    Een veehouder kan via het e-formulier, onder bijvoeging van verplichte bijlagen, aan de provincie mededelen dat hij gebruik wil maken van de uitzonderingsregeling. Aan het gebruik van de uitzonderingsregeling zijn voorwaarden verbonden. Om te voorkomen dat later stoppen leidt tot minder afname van stikstofemissies is in de OV opgenomen dat vanaf 1 juli 2024 dan wel 1 januari 2026 voor melkrundveehouders en kalverenhouders eenzelfde ammoniakreductie wordt behaald via het houden van minder dieren als anders behaald zou worden met aanpassing van de verouderde stalsystemen. De veehouder moet in het e-formulier het maximaal aantal te houden dieren per diercategorie en per huisvestingssysteem vastleggen, zowel van de peildatum (1 april 2022) als het aantal te houden dieren vanaf 1 juli 2024 dan wel 1 januari 2026 voor melkrundveehouders en kalverenhouders (inclusief de berekening dat met dat aantal wordt voldaan aan de ammoniakemissie-eisen). Op basis van de medegedeelde dieraantallen in het formulier kan de toezichthouder controleren of wordt voldaan aan de voorwaarden van de uitzonderingsregeling.

    Bij de mededeling moeten ook afschriften van verzoek(en) tot intrekking van de geldende toestemmingsvereisten alsmede de ontvangstbevestiging worden meegestuurd. Het gaat daarbij om intrekkingsverzoeken, (veelal) ingediend bij de eigen gemeente voor de:

    • melding op grond van het Besluit activiteiten leefomgeving, of
    • omgevingsvergunning voor de milieubelastende activiteit

    En het intrekkingsverzoek bij de provincie voor:

    • de omgevingsvergunning voor de Natura 2000-activiteit

    De provincie stelt na ontvangst van de mededeling, de betreffende gemeenten en de Omgevingsdienst op de hoogte, zodat zij de procedure tot intrekking per 01-01-2028 of het verlenen van een tijdelijke toestemming voor het houden van minder dieren tot 01-01-2028 kunnen voortzetten.

  • Omgevingsvergunning voor het milieu aanvragen

    Het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal), Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl) en het omgevingsplan stellen regels aan de (milieu)gevolgen die bedrijven veroorzaken. U krijgt te maken met deze besluiten als u een bedrijf wilt starten of als u de werking van het bedrijf wilt veranderen.

    U moet een omgevingsvergunning milieu bij de provincie aanvragen als u een complex bedrijf heeft. Complexe bedrijven hebben een grote impact op de omgeving en het milieu. Het gaat om de volgende activiteiten:

    • Afvalbeheer in een ippc-installatie
    • basischemie
    • basismetaal
    • complexe minerale industrie
    • complexe papierindustrie, houtindustrie en textielindustrie
    • destructie of verwerken van kadavers of dierlijk afval in een ippc-installatie
    • grootschalig opwekken van energie (50 MW of meer)
    • grootschalig verwerken van mest (meer dan 25.000 m3 per jaar)
    • maken van cokes
    • raffinaderij
    • Seveso-inrichting
    • stortplaats of winningsafvalvoorziening
    • verbranden van afvalstoffen in een ippc-installatie
    • vergassen of vloeibaar maken van steenkool of andere brandstoffen

    Op het Informatiepunt Leefomgeving vindt u meer informatie over complexe bedrijven.

    Vinden bij uw bedrijf geen van de bovenstaande activiteiten plaats, dan vraagt u een vergunning aan bij de gemeente. Soms hoeft u alleen een melding te doen of hoeft u niets te doen. Informeer hiervoor bij uw gemeente.

    Als u een omgevingsvergunning voor het milieu aanvraagt, dan heeft uw activiteit misschien gevolgen. Het in stand houden van beschermde gebieden, planten- of diersoorten kan namelijk gevaar lopen. Geef dit duidelijk aan in de aanvraag. De provincie beoordeelt dan ook de gevolgen. De provincie kan speciale eisen stellen, zoals begeleiding door een adviesbureau op het gebied van natuur.

    Soms vraagt u bij de gemeente een omgevingsvergunning aan die ook gevolgen heeft voor de beschermde natuurgebieden, planten en dieren. Dat deel van de vergunningaanvraag gaat dan naar de provincie.

  • Klacht over de provincie indienen

    Wanneer kan ik een klacht indienen?

    U kunt een klacht indienen wanneer:

    • de gedraging minder dan 1 jaar geleden plaatsvond;
    • u niet de mogelijkheid had om bezwaar te maken of in beroep te gaan.

    Hoe kan ik een klacht indienen?

    U kunt uw klacht op verschillende manieren indienen:

    Mondeling

    U kunt telefonisch contact opnemen via 073 – 681 28 12.

    Digitaal

    U kunt uw klacht digitaal indienen. Hiervoor heeft u DigiD of e-Herkenning nodig.

    Schriftelijk

    U kunt uw klacht per post (ter attentie van HAC, postbus 90151, 5200 MC ’s-Hertogenbosch) of per e-mail indienen.

    Wat moet ik vermelden in mijn klacht?

    Voor de behandeling van uw klacht is het belangrijk dat u in ieder geval de volgende informatie aan ons doorgeeft:

    • uw naam en adres;
    • de datum;
    • de inhoud van de klacht;
    • tegen wie de klacht wordt ingediend;
    • uw telefoonnummer (niet verplicht).

    Hoe verloopt de behandeling van een klacht?

    De provincie wil zowel mondelinge als schriftelijke klachten zorgvuldig afdoen. Wij nemen altijd telefonisch contact op om de klacht te bespreken. Dit kan voldoende zijn om de klacht af te handelen, maar alleen als dit naar uw tevredenheid gebeurt (informele afhandeling).

    Leent uw klacht zich niet voor informele afhandeling? Of bent u daarmee niet tevreden? Dan volgt de formele procedure. Dat houdt in dat de hoor- en adviescommissie uw klacht verder in behandeling neemt en advies zal uitbrengen over uw klacht. De provincie neemt daarna een beslissing op de klacht.

    Binnen welke termijn volgt een beslissing op de klacht?

    De provincie moet binnen 10 weken een beslissing nemen over uw klacht. Deze termijn kan met 4 weken worden verlengd. Verder uitstel is alleen met uw instemming mogelijk.

    Bent u niet tevreden over de afhandeling van een klacht?

    Bent u niet tevreden over de afhandeling van uw klacht of het resultaat daarvan? Dan kunt u een klacht indienen bij de Nationale ombudsman. In de beslissing op uw klacht leest u hier meer over. U kunt ook de internetpagina van de Nationale ombudsman raadplegen of bellen met het gratis telefoonnummer 0800-33 55 555.

  • Bezwaar maken tegen besluit van provincie

    Waartegen kan ik bezwaar maken?

    Als u het niet eens bent met een besluit van de provincie en u heeft belang bij dit besluit, dan kunt u daartegen meestal bezwaar maken. Onderaan ieder besluit staat binnen welke termijn u een bezwaarschrift kunt indienen en aan wie u dat moet adresseren. Als u bij ons geen bezwaar kunt maken, maar er wel een andere rechtsgang mogelijk is (zoals het indienen van beroep bij een andere instantie), staat dat ook onder het besluit. 

     Let op: Als u bezwaar wilt maken tegen een besluit van de belastingsamenwerking gaat u naar de website van belastingsamenwerking: https://www.bwbrabant.nl/bezwaar. 

     Hoe kan ik een bezwaar indienen? 

     U kunt uw bezwaar op verschillende manieren indienen: 

    Digitaal 

    U kunt uw bezwaar digitaal indienen. Hiervoor heeft u DigiD of eHerkenning nodig. 

    Schriftelijk 

    U kunt uw bezwaar per post (ter attentie van HAC, postbus 90151, 5200 MC 's-Hertogenbosch) of per e-mail indienen. 

    Wat moet ik vermelden in mijn bezwaarschrift? 

    In het bezwaarschrift zet u: 

    • uw naam en adres; 
    • de datum, het kenmerk en een omschrijving van het besluit waarmee u het niet eens bent; 
    • de reden waarom u het niet eens bent met het besluit; 
    • de datum van uw bezwaarschrift en uw handtekening; 

    Binnen welke termijn moet ik bezwaar maken? 

    U heeft 6 weken de tijd om bezwaar te maken. Deze termijn begint te lopen op de dag na verzending van het besluit. Als het niet lukt om op tijd de motivering in te dienen, kunt u alvast een bezwaarschrift zonder motivering indienen. Dit heet een pro-forma bezwaarschrift. U krijgt dan de gelegenheid om binnen een bepaalde termijn de motivering aan te vullen. 

    Maakt u bezwaar namens iemand anders?

    Wanneer u namens iemand anders bezwaar maakt, dan moet u een schriftelijke machtiging bijvoegen van degene namens wie u het bezwaarschrift indient. Bezwaarschriften namens een rechtspersoon, zoals een vereniging of stichting, moeten zijn ondertekend door de personen die volgens de statuten daartoe bevoegd zijn. Vaak zijn dit twee bestuurders gezamenlijk. Raadpleeg de statuten van uw rechtspersoon om te zien wie moeten ondertekenen. 

    Wilt u meer weten over de behandeling van een bezwaarschrift? 

     Wanneer u een bezwaarschrift heeft ingediend en het bezwaarschrift compleet is, nemen we het bezwaar in behandeling. Op dat moment ontvangt u meer informatie over het verdere verloop van de procedure. Deze informatie kunt u ook hier vinden; brochure.