Zoekresultaat 1 - 10 van 14 resultaten

  • Meldingsplicht voor verontreiniging bodem oppervlaktewater

    Als u op de hoogte bent van verontreiniging van de bodem of de oever van een oppervlaktewater, meld dit zo snel mogelijk aan de beheerder van het water.
    Veroorzaakt u deze verontreiniging? Dan bent u verplicht alle maatregelen te nemen om verontreiniging of aantasting te voorkomen of te beperken.

  • Registratieplicht voor onttrekking grondwater

    Als u grondwater uit de bodem haalt noemen we dat ‘onttrekken’. Als u daarna het water in de bodem brengt om het grondwater aan te vullen, noemen we dat ‘infiltreren’. Als u grondwater onttrekt via een inrichting of water infiltreert, moet u zich in sommige gevallen inschrijven bij het bevoegd gezag. Het bevoegd gezag is de instantie die aan u een omgevingsvergunning heeft gegeven of waar u een melding heeft gedaan voor het onttrekken van grondwater. Dit is meestal het waterschap, maar het kan ook gaan om het Rijk of de provincie. U moet zich aan de volgende regels houden:

    • U moet een registratie bijhouden van de gemeten hoeveelheden (grond)water die u onttrekt of infiltreert.
    • U moet elk jaar in januari laten weten hoeveel (grond)water u per kwartaal heeft onttrokken of geïnfiltreerd. Als u stopt met uw activiteiten moet u binnen een maand de hoeveelheden doorgeven.
    • U geeft veranderingen in de inrichtingen door. Als u water infiltreert, moet u ook de kwaliteit van het water meten, registreren en doorgeven.

    Binnen de provincie Zeeland is voor de registratie onderscheid gemaakt in de volgende categorieën ontrekking:

    • Onttrekken van grondwater ten behoeve van een bronbemaling, sleufbemaling, proefonttrekking, bodemsanering en/of een grondwatersanering;
    • Onttrekken van grondwater en/of infiltreren van water in de bodem ten behoeve van drinkwater, industrie, koude- of warmteopslag, natuur, recreatie of huishoudelijke doeleinden;
    • Onttrekking van grondwater ten behoeve van beregenings- of bevloeiingsdoeleinden.

  • Dijkverbeteringsplannen goedkeuren en inzien

    Een primaire waterkering beschermt een gebied tegen overstromingen vanuit het buitenwater (de grote rivieren of de zee). In de Waterwet staat om welke waterkeringen het gaat. De meeste primaire keringen zijn in beheer bij waterschappen, maar ook Rijkswaterstaat beheert een deel daarvan. Als een beheerder een waterkering wil veranderen, aanbrengen of aanleggen dan stelt hij een plan op, het projectbesluit. De beheerder legt in dat plan uit welke oplossing de voorkeur heeft en hoe hij rekening heeft gehouden met de andere belangen in het gebied. Iedereen kan het ontwerp van het projectbesluit bekijken en zijn mening hierover geven. Dit kan tijdens de inzageperiode op het provinciehuis of op de website van de provincie. Of op het waterschapskantoor (of dat van Rijkswaterstaat) en eventueel bij de betrokken gemeenten. Hierna stelt de beheerder het plan vast en legt het ter goedkeuring voor aan de provincie.

  • Omgevingsvergunning water

    Voert u een activiteit uit zoals lozen of pompen in oppervlaktewater of met grondwater en heeft de activiteit weinig gevolgen voor de waterkwaliteit? Dan is het vaak voldoende om hiervan een melding te doen. Zijn de gevolgen groter? Dan heeft u een omgevingsvergunning water nodig. Dit noemen we ook wel een omgevingsvergunning wateractiviteit. Het gaat dan om het onttrekken van grotere hoeveelheden water aan de grond of het lozen van grondwater, oppervlaktewater of regenwater (hemelwater). Voorbeelden van activiteiten waarvoor een omgevingsvergunning water nodig is, zijn:

    • het lozen of storten van stoffen op het oppervlaktewater (bijvoorbeeld een sloot of rivier)
    • het onttrekken van grote hoeveelheden grondwater voor industrieel gebruik
    • werkzaamheden bij een waterstaatswerk (bijvoorbeeld een snelweg, viaduct, tunnel, brug, vaarweg, of dijk)

  • Schadevergoeding voor onttrekken grondwater of infiltreren water

    Is er schade aan niet-verplaatsbare goederen die u heeft of gebruikt? En komt dat door het onttrekken van grondwater of door infiltratie van water waarvoor een vergunning is verleend? Dan kunt u de schade terughalen bij de veroorzaker van de schade. Mogelijke vormen van schade zijn:

    • aan gewassen
    • aan veedrenkputten
    • aan bossen
    • aan gebouwen
    • aan ecologische waarde

    Komen de partijen er samen niet uit wie de schade moet vergoeden? Dan kunnen zij via de provincie om advies vragen van een landelijke, onafhankelijke commissie (CDG). Deze commissie adviseert over het verband tussen de schade en de onttrekking/infiltratie. Ook over de eventuele hoogte van de schadevergoeding. De provincie betaalt de kosten van zo’n onderzoek.

    Soms is het niet duidelijk wie de veroorzaker van de schade is. Bijvoorbeeld als de niet-verplaatsbare goederen in een gebied liggen waar meerdere onttrekkingen tegelijkertijd plaatsvinden. Is het ook na onderzoek door de commissie niet (of niet snel genoeg) duidelijk wie de veroorzaker is? Dan kan de provincie op uw verzoek de schadevergoedingskosten betalen.

  • Inzage provinciaal inpassingsplan

    Als het gaat om dingen die voor de hele provincie belangrijk zijn, kan de provincie voor een bepaald grondgebied binnen de provincie een inpassingsplan maken. Een provinciaal inpassingsplan kunt u vergelijken met een omgevingsplan in een gemeente. De provincie moet dit aan de gemeenteraad van de betrokken gemeente(n) laten weten. De gemeente mag dan niet langer voor dat grondgebied regels in het omgevingsplan maken.

    Voor het inpassingsplan neemt de provincie eerst een voorbereidingsbesluit. Dit besluit staat 6 weken lang op de website van de provincie. Daarna maakt de provincie een ontwerpinpassingsplan. Iedereen heeft het recht om het ontwerpinpassingsplan te bekijken en hierop te reageren tijdens de inzageperiode van 6 weken. De provincie maakt deze inspraakprocedure bekend op de website en het staat ook in de Staatscourant. Ook als de provincie geen voorbereidingsbesluit heeft genomen, laat zij weten dat ze een inpassingsplan gaat maken.

    U kunt het ontwerpinpassingsplan 6 weken lang bekijken:

    • op de website van de provincie
    • op de website Ruimtelijkeplannen.nl
    • op het provinciehuis

    Als u het aan de provincie vraagt, kunt u de stukken ook buiten kantooruren bekijken of uitleg krijgen in een gesprek.

  • Schadevergoeding voor ontgronding

    U kunt een schadevergoeding aanvragen voor schade die u lijdt door een ontgrondingsvergunning. We noemen dit ‘nadeelcompensatie’. U lijdt bijvoorbeeld schade, omdat u een vergunning heeft aangevraagd, maar deze niet krijgt. Ook kunt u schade lijden, omdat de vergunning wordt ingetrokken of gewijzigd.

    Bent u niet de houder van de vergunning, maar lijdt u wel schade? Dan kunt u ook een schadevergoeding aanvragen.

    De provincie kan een extern bureau om advies vragen over uw aanvraag.

    Ingevolgde de Ontgrondingenwet kunt u, ten laste van de provinciale kas, een naar billijkheid te bepalen schadevergoeding ontvangen, indien door een beschikking schade wordt geleden welke redelijkerwijs niet of niet geheel te uwen laste behoort te blijven en waarvan de vergoeding niet of niet voldoende op andere wijze is verzekerd. Een aanvraag om schadevergoeding kan worden ingediend door de aanvrager, de houder van een vergunning of degene die overeenkomstig afdeling 3.4 of afdeling 4.1.2 van de Algemene wet bestuursrecht zijn zienswijze naar voren heeft gebracht.

  • Ontgrondingsvergunning

    Iedereen die de bodem gaat afgraven, heeft een ontgrondingsvergunning nodig. Ontgronding betekent dat u de bodem afgraaft en daardoor verlaagt. Dit geldt voor land (het maaiveld) en de waterbodem. U haalt hierbij een grondlaag weg zoals klei, veen, zand of grind. Voorbeelden van ontgronding zijn:

    • zandwinning
    • waterberging
    • natuurontwikkeling

    U vraagt een omgevingsvergunning aan voor de activiteit 'Ontgrondingsactiviteit op land, in regionale wateren en in een winterbed van een rivier'.

    U moet de omgevingsvergunning voor ontgrondingsactiviteiten altijd aanvragen. Ook als u de bodem tijdelijk verlaagt. In een aantal gevallen geldt er een vrijstelling. Wanneer een vrijstelling geldt, ziet u in de vergunningencheck van het Omgevingsloket.

    Er is eveneens sprake van ontgronding als het maaiveld of de bodem van een water voor een ander doel wordt verlaagd. Ook hiervoor dient u een ontgrondingsvergunning aan te vragen.

  • Inrichtingsprogramma en inrichtingsbesluit bekijken

    Een inrichtingsprogramma met een inrichtingsbesluit kan belangrijke gevolgen voor u hebben. Daarom kunt u het inrichtingsprogramma en inrichtingsbesluit gratis bekijken.

    In een gebiedsgericht inrichtingsprogamma staat hoe de provincie het landelijk gebied wil inrichten. Bijvoorbeeld waar er ruimte is voor landbouw of natuur. Een inrichtingsprogramma is een vertaling van het beleid van de provincie naar concrete plannen. Denk bijvoorbeeld aan:

    • veranderingen in het systeem van wegen en oppervlaktewateren
    • aanpassingen van gebieden in verband met:
      • natuur
      • cultuurwaarde
      • landschapswaarde
      • recreatie
        enzovoort

    In een inrichtingsbesluit staan regels die gelden in een gebied en die gaan over:

    • herverkaveling
    • het openstellen of afsluiten van wegen voor het verkeer
    • het verdelen van eigendom, beheer en onderhoud van bijvoorbeeld wegen en gebieden.

    In de voorbereidende fase maakt de provincie een opzet voor een inrichtingsprogramma en een inrichtingsbesluit. Deze opzet kunt u online bekijken. De provincie meldt in de Staatscourant en in lokale dag- of nieuwsbladen dat u het programma en het besluit kunt bekijken.

    Als de provincie het inrichtingsplan en/of het inrichtingsbesluit wil aanpassen dan kunt u deze ook bekijken. Ook dan meldt de provincie dat in de Staatscourant en in lokale dag- of nieuwsbladen.

  • Vergoeding schade door waterbeheer

    Het kan voorkomen dat u schade lijdt door werkzaamheden in het waterbeheer. Dan kunt u vragen om schadevergoeding. Deze vorm van schadevergoeding heet nadeelcompensatie.

    U vraagt nadeelcompensatie aan bij de instantie die de werkzaamheden uitvoert. Bij regionale wateren is dat het waterschap of de provincie. Gaat het om rijkswater? Dan doet u het verzoek bij het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW). U krijgt alleen nadeelcompensatie als het gaat om schade die niet voor uw rekening hoort te komen.