Grondwet

Wat de statuten zijn voor een vereniging, is de Grondwet voor het Koninkrijk der Nederlanden. In de Grondwet is de parlementaire democratie verankerd. De Grondwet regelt de bevoegdheden van het parlement, de ministers en de Koning. Daarin staat ook hoe gemeenten en provincies moeten functioneren, hoe wetten worden gemaakt en hoe de rechtspraak in zijn werk gaat. Maar belangrijk is ook dat de grondrechten en plichten van alle Nederlanders in de Grondwet staan opgenomen.

Belangrijke grondrechten zijn:

  • Het recht op gelijke behandeling van iedereen die zich in Nederland bevindt. Discriminatie wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht of op welke grond dan ook is niet toegestaan.
  • Het recht om leden van vertegenwoordigende organen te kiezen en om zelf tot lid van die organen te worden verkozen.
  • Het recht op het vrijelijk belijden van godsdienst of levensovertuiging.
  • De persvrijheid en het recht op vrije meningsuiting.
  • Het recht om zich met anderen te verenigen, om vergaderingen te houden en te betogen.
  • Het recht op eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer.
  • Het recht op de onaantastbaarheid van het lichaam.
  • Het brief-, telefoon- en telegraafgeheim. Alleen in uitzonderingsgevallen mag de telefoon worden afgeluisterd.
  • Het recht op eigendom en op vrijheid. Alleen de rechter mag beslissen over het ontnemen van iemands vrijheid.
  • Het recht op recht. Dat wil zeggen: iedereen kan zich tot de rechter wenden.
  • Het recht op vrije keuze van arbeid.
  • Het recht op financiële bijstand van de overheid, wanneer men zelf niet in zijn onderhoud kan voorzien.
  • De vrijheid van onderwijs.

De Grondwet geeft ook plichten aan. De overheid heeft bij voorbeeld de plicht om de werkgelegenheid te bevorderen, evenals de spreiding van de welvaart, de bewoonbaarheid van het land en de bescherming van het milieu en de volksgezondheid. De overheid schept volgens de Grondwet de voorwaarden voor maatschappelijke en culturele ontplooiing en moet voor voldoende onderwijsmogelijkheden zorgen.

Niet alleen de overheid heeft plichten, ook alle Nederlandse burgers hebben door de Grondwet opgelegde plichten. De meeste plichten worden door middel van wetten opgelegd. Zo kennen we de leerplicht, de plicht om verkeersregels en andere voorschriften na te leven, de plicht om belasting te betalen en de plicht om voor de rechter als getuige op te treden.

De Grondwet vormt de basis van ons politieke systeem, daarom is voorkomen dat deze wet bij iedere politieke klimaatswisseling omgegooid zou kunnen worden. Invoering van een referendum of een andere benoemingsprocedure voor de burgemeester of de Commissaris van de Koning kan op die manier vele jaren duren. Een wijziging van de Grondwet moet zowel door de Eerste als Tweede Kamer twee keer worden goedgekeurd. De eerste keer wordt de wijziging als een gewoon wetsvoorstel behandeld. Na ontbinding van de Tweede Kamer en nieuwe verkiezingen wordt het voorstel opnieuw aan beide Kamers voorgelegd, waarbij geen wijzigingen meer kunnen worden aangebracht en zelfs een tweederde meerderheid is vereist.