Zoekresultaat 1 - 5 van 5 resultaten

  • Vergoeding schade door waterbeheer

    Het kan voorkomen dat u schade lijdt door werkzaamheden in het waterbeheer. Dan kunt u vragen om schadevergoeding. Deze vorm van schadevergoeding heet nadeelcompensatie.

    U vraagt nadeelcompensatie aan bij de instantie die de werkzaamheden uitvoert. Bij regionale wateren is dat het waterschap of de provincie. Gaat het om rijkswater? Dan doet u het verzoek bij het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW). U krijgt alleen nadeelcompensatie als het gaat om schade die niet voor uw rekening hoort te komen.

  • Schadevergoeding voor ontgronding

    U kunt een schadevergoeding aanvragen voor schade die u lijdt door een ontgrondingsvergunning. We noemen dit ‘nadeelcompensatie’. U lijdt bijvoorbeeld schade, omdat u een vergunning heeft aangevraagd, maar deze niet krijgt. Ook kunt u schade lijden, omdat de vergunning wordt ingetrokken of gewijzigd.

    Bent u niet de houder van de vergunning, maar lijdt u wel schade? Dan kunt u ook een schadevergoeding aanvragen.

    De provincie kan een extern bureau om advies vragen over uw aanvraag.

  • Ontgrondingsvergunning

    Iedereen die de bodem gaat afgraven, heeft een ontgrondingsvergunning nodig. Ontgronding betekent dat u de bodem afgraaft en daardoor verlaagt. Dit geldt voor land (het maaiveld) en de waterbodem. U haalt hierbij een grondlaag weg zoals klei, veen, zand of grind. Voorbeelden van ontgronding zijn:

    • zandwinning
    • waterberging
    • natuurontwikkeling

    U vraagt een omgevingsvergunning aan voor de activiteit 'Ontgrondingsactiviteit op land, in regionale wateren en in een winterbed van een rivier'.

    U moet de omgevingsvergunning voor ontgrondingsactiviteiten altijd aanvragen. Ook als u de bodem tijdelijk verlaagt. In een aantal gevallen geldt er een vrijstelling. Wanneer een vrijstelling geldt, ziet u in de vergunningencheck van het Omgevingsloket.

  • Omgevingsvergunning water

    Voert u een activiteit uit zoals lozen of pompen in oppervlaktewater of met grondwater en heeft de activiteit weinig gevolgen voor de waterkwaliteit? Dan is het vaak voldoende om hiervan een melding te doen. Zijn de gevolgen groter? Dan heeft u een omgevingsvergunning water nodig. Dit noemen we ook wel een omgevingsvergunning wateractiviteit. Het gaat dan om het onttrekken van grotere hoeveelheden water aan de grond of het lozen van grondwater, oppervlaktewater of regenwater (hemelwater). Voorbeelden van activiteiten waarvoor een omgevingsvergunning water nodig is, zijn:

    • het lozen of storten van stoffen op het oppervlaktewater (bijvoorbeeld een sloot of rivier)
    • het onttrekken van grote hoeveelheden grondwater voor industrieel gebruik
    • werkzaamheden bij een waterstaatswerk (bijvoorbeeld een snelweg, viaduct, tunnel, brug, vaarweg, of dijk)

  • Dijkverbeteringsplannen goedkeuren en inzien

    Een primaire waterkering beschermt een gebied tegen overstromingen vanuit het buitenwater (de grote rivieren of de zee). In de Waterwet staat om welke waterkeringen het gaat. De meeste primaire keringen zijn in beheer bij waterschappen, maar ook Rijkswaterstaat beheert een deel daarvan. Als een beheerder een waterkering wil veranderen, aanbrengen of aanleggen dan stelt hij een plan op, het projectbesluit. De beheerder legt in dat plan uit welke oplossing de voorkeur heeft en hoe hij rekening heeft gehouden met de andere belangen in het gebied. Iedereen kan het ontwerp van het projectbesluit bekijken en zijn mening hierover geven. Dit kan tijdens de inzageperiode op het provinciehuis of op de website van de provincie. Of op het waterschapskantoor (of dat van Rijkswaterstaat) en eventueel bij de betrokken gemeenten. Hierna stelt de beheerder het plan vast en legt het ter goedkeuring voor aan de provincie.