Zoekresultaat 1 - 10 van 15 resultaten

  • Landmeetkundige gegevens inzien

    Landmeetkundige gegevens zijn topografische gegevens. Bijvoorbeeld:

    • de oppervlakte van een stuk grond
    • waar water is
    • waar de grenzen liggen van stukken grond (erfgrens)

    Deze gegevens heeft u nodig voor bijvoorbeeld de aanvraag van een vergunning. Of om te bepalen waar uw erfgrens ligt.

  • Woning als tweede woning gebruiken

    Zonder vergunning mag u een woning niet als tweede woning gebruiken. De gemeente wil voldoende woningen hebben voor haar inwoners.

    Heeft u een vergunning voor uw tweede woning? Dan moet u misschien toeristenbelasting of forensenbelasting betalen. Welke belasting het is, hangt af van hoe u de woning gebruikt.

  • Verkeerd huisnummer melden

    Huizen en bedrijfspanden krijgen een adres met huisnummer van de gemeente. Vaak krijgen stand- en ligplaatsen ook een adres. Alle adressen zijn opgenomen in de Basisregistratie Adressen en Gebouwen.

    De gemeente kan niet zomaar huisnummers gebruiken of wijzigen. Als uw huisnummer niet klopt, kunt u dit melden bij de gemeente.

    Wilt u een nieuw pand bouwen of een pand opsplitsen? Dan heeft u daar een omgevingsvergunning voor nodig.

  • Grondexploitatieovereenkomst afsluiten

    Soms moet een omgevingsplan gewijzigd worden voor een bouwproject. Het is dan voor de gemeente belangrijk om zeker te weten of het bouwproject financieel haalbaar is. Daarom kunt u als bouwbedrijf, projectontwikkelaar, woningstichting of particulier een grondexploitatieovereenkomst aangaan met de gemeente. Hierin staan afspraken over het bouwklaar maken van de grond. Denk bijvoorbeeld aan afspraken over riolering, wegen en verlichting. In de overeenkomst staat wat de gemeente doet en wat u moet betalen aan de gemeente.

  • Gebouw als woning gebruiken

    U mag een gebouw dat geen woning is niet zomaar gebruiken als woning. Bijvoorbeeld een kantoorgebouw of winkel. U heeft hier eerst een omgevingsvergunning voor nodig.

  • Kadastrale gegevens opvragen

    Het Kadaster houdt gegevens bij van verschillende soorten goederen, zoals:

    • vastgoed (grond en gebouwen)
    • schepen
    • luchtvaartuigen
    • kabels en leidingen onder de grond

    U kunt bij het Kadaster onder andere de gegevens van een gebouw of stuk grond opvragen. Zo kunt u nakijken:

    • wie de rechthebbende is (bijvoorbeeld eigenaar of erfpachter)
    • wat de aard van het perceel is (bijvoorbeeld huis met tuin of weiland)
    • wat de oppervlakte van het perceel is en hoe dat eruit ziet (bijvoorbeeld een kaart of plattegrond)

    Wilt u weten welk omgevingsplan er voor uw wijk geldt? Kijk dan op de site van de gemeente of op het Omgevingsloket.

  • Navragen beperking op pand of grond

    Soms heeft een pand of een stuk grond een publiekrechtelijke beperking. De overheid legt deze beperking op. Voordat u een huis of een stuk grond koopt, is het handig om na te gaan of er een beperking geldt. Zo weet u wat u niet mag doen met het pand of stuk grond.

    Voorbeelden van publiekrechtelijke beperkingen zijn:

    • een woonverbod, omdat het pand onbewoonbaar verklaard is
    • een verbod op verbouwen, omdat het pand een monument is
    • een kapverbod, omdat het terrein een natuurmonument is
    • een verplichting om het terrein te registreren als verontreinigde grond

  • Omgevingsplan bekijken

    Een gemeente maakt een omgevingsplan. Hierin staat bijvoorbeeld waar woningen, horeca of andere bedrijven mogen komen. Vroeger stond dat in het bestemmingsplan.

    Ook staan in het omgevingsplan regels over het gebruik van de openbare ruimte.

    Bekijk het omgevingsplan als u wilt gaan bouwen of slopen. Of als u ergens een bedrijf wilt beginnen. In het omgevingsplan ziet u of dit wel mag.

    In een omgevingsplan staat onder andere:

    • de kenmerken van een wijk of gebied
    • de plannen die er voor de wijk of het gebied zijn
    • regels over de bebouwing, bijvoorbeeld:
      • de soort bebouwing die toegestaan is
      • de manier waarop gebouwd mag worden
      • archeologische vindplaatsen in een wijk of gebied
      • gemeentelijke monumenten
    • regels over het gebruik van de openbare ruimte, bijvoorbeeld:
      • regels over milieubelastende activiteiten
      • regels over bomen kappen
      • regels over parkeren

  • Speelterreinen

    De gemeente heeft verschillende speelruimtes voor kinderen ingericht. Denk aan pleintjes met speeltoestellen en trapveldjes. Voor tieners zijn er hangplekken om elkaar te ontmoeten.

    Speelterreinen en -toestellen van de gemeente worden regelmatig gecontroleerd. Elk jaar gaat een onafhankelijke inspecteur langs elk speelterrein van de gemeente. De gemeente doet ook zelf inspecties.

    U kunt het melden als er iets mis is met een speelterrein. Aan de hand van uw melding kan de gemeente een reparatie uitvoeren. Ook kan de gemeente jeugd- en jongerenwerk inschakelen.

    De gemeente is niet verantwoordelijk voor speelplaatsen en speeltoestellen van anderen. Bijvoorbeeld als mensen hun trampoline in de gemeentelijke speeltuin zetten. Een onderneming met een speelplaats moet die op eigen grond plaatsen en hem ’s nachts afsluiten.

    Let erop dat u uw hond niet uitlaat op speelterreinen.

    Een externe organisatie inspecteert één maal per jaar de speeltoestellen op veiligheid. De gemeente inspecteert de speeltoestellen en de speelplekken een aantal malen per jaar. Mocht u constateren dat een toestel onveilig is of heeft u vragen over speeltoestellen, dan kunt u contact opnemen met Ronald van Lent, via tel. 0571 - 27 98 51.

  • Afwijken van het omgevingsplan

    Een gemeente maakt voor gebieden een omgevingsplan. Vroeger was dit het bestemmingsplan. In het omgevingsplan staat welk doel het gebied heeft. Bijvoorbeeld wonen, groen, werken of recreatie. In het omgevingsplan staan ook regels waar u zich aan moet houden bij bouwen, verbouwen en slopen.

    Gaat u:

    • bouwen, verbouwen of slopen?
    • een deel van een gebouw aanpassen, zoals een schoorsteen, balkon of erker
    • een gebouw op een andere manier gebruiken?

    Dan moeten uw plannen passen in het omgevingsplan van de gemeente. Wilt u hiervan afwijken? Dan vraagt u een omgevingsvergunning aan voor een ‘buitenplanse omgevingsplanactiviteit’ (BOPA).

    Voor het bouwen of verbouwen zelf moet u vaak ook een omgevingsvergunning aanvragen of een melding doen voor een technische bouwactiviteit.

    Wijst de gemeente uw verzoek af? Dan kunt u de gemeente vragen om het omgevingsplan te wijzigen.

    Een verzoek tot wijzigen van het omgevingsplan is ingewikkelder dan een aanvraag voor een omgevingsvergunning BOPA. Het is daarom verstandig om eerst met de gemeente te overleggen over wat voor uw situatie de beste manier is.